woensdag 16 september 2020

 

Het (bonus) opa zijn

Er zijn er twee die ergens in de buurt van Scherpenheuvel wonen. Je weet wel, het devote excuus voor wielertoeristen die na de obligate bedevaart in de Basiliek de nodige trappisten ter vergiffenis nuttigen.

 Twee schatten van kleindochters, aldaar, die door de ondoorgrondelijke wegen van de liefde en de overduidelijke redenen van werkomstandigheden geboren werden in het Hageland.

Ze wonen midden de natuur. Terwijl de papa de plaatselijke bijen kweekt, insecten, spinnen, vogels, planten (vergeet de term onkruid) inventariseert via werkelijk prachtige foto’s is het hele gezin ook wel zeer ecologisch bezig.

Zo trots ben ik op die twee prachtige meiskes. Ze weten ook dat ze bij opa en Kiki toch vantijds uit de bocht mogen gaan. Chips naar believen, salami’ke, cola zero, … Ze zijn mooi, clever, goed gekweekt. Als de dochter van Kiki op bezoek komt met de kleintjes: pas op hoor, voorzichtig, Corona!!!

De dochter van Kiki dus. Alzo belanden wij bij de twee kleintjes. Drie jaar en wat meer, 9 maand.

Ik ben voor hen dus geen échte opa. Maar, ze zijn hier vaak, want ze wonen niet tegen Scherpenheuvel. Bloedverwant ben ik niet. Maar wat zie ik die prachtige pittige aanhankelijke kereltjes graag.  De grootste noemt mij Geert (althans, nu kan hij dat uitspreken). Ook bij slecht weer brengen ze steeds weer de zon in ons huisje en in ons hart. Niet te geloven hoe ze mijn leven zin geven.

Ik dacht bij mezelf, ze hebben al twee opa’s. Eén gratis erbij.

Ik ben de bonus-opa.