donderdag 20 december 2012

Onderwijs


Hoewel ik een vrucht ben van een schoolmeestersfamilie had ik nooit verwacht in het onderwijs te belanden.
Ik ging het maken in de bankwereld. En ja, ik heb daar een tijdje nogal wat centen verdiend (al lang opgebruikt, uiteraard).
Tot ik op een late avond belandde bij mijn oude en toekomstige mentor EH Dierickx. Zelf zat ik diep in de put, een lot dat Willy later helaas beschoren was.
“Zou je niet bij ons komen lesgeven, Geert? Want ge zijt een geboren leraar.”
En aldus geschiedde. Ik begaf mij in het onderwijs. Meteen was ik een rare vogel in de Handel. Geen boekhoudersmentaliteit, om zo te zeggen. Parka, palestijnensjaalke, haar tot op de schouders (yes, I used to have hair…) Later kortgeschoren, lederen vest, lichte scheurkes in de jeans, punk-tijd.
Van bij het begin was mijn principe: ik kom geen les geven om al dan niet punten toe te kennen. Mijn eindwerk in de later volgende D-cursus (nu lerarenopleiding) was een pleidooi om de relativiteit van punten te bekijken. Met een vijf ben je geslaagd, ben je dan bijvoorbeeld een goede informaticus?
Steeds had ik voor ogen de mij toevertrouwde gastjes iets bij te brengen. Hetzij in mijn vakjes, hetzij op menselijk vlak, hetzij uiteraard de liefde voor muziek. Wie van muziek houdt komt altijd goed terecht.
Menigeen ergerde zich allicht aan mijn extatische gesprekken over Springsteen. Of over de Sex Pistols. Ja, ik denk dat de vele brave leerlingskes mij maar een onnozelaar vonden. Maar het leuke blijft. “Meneerke Walgraeve, we hebben bij u veel geleerd, maar we hebben het maar achteraf beseft.” Schoon, hé.
Ik denk dat ik mijn leerstof steeds verpakte in een mooi gebakje. Ze smulden het op, zonder te weten wat ze binnen kregen.
Wat mij echter vooral zal bijblijven is het contact met mijn gastjes. Steeds mocht ik delen in hun vreugdes. Maar ook in hun verdriet. Thuis de boel op de klippen, hatelijke toestanden. Gay zijn en het toch aan iemand mogen vertellen. Gedaan met het lief, vantijds had ik er eentje in mijn armen in diepe droefenis.
Ware het niet van al die steriele vergaderingen, luchtbelvormende woorden, onbegrijpende ouders, ik zou nog wat verder doen hoor.
Want! Smijt die deur toe achter mijn gat, geef mij mijn leerlingskes en laat mij mijn onconventionele ding doen. Dan, ja, de mooiste job die er is!