maandag 16 juli 2012

Springsteen en ik


Aldus geschiedde dat wij ons naar Wenen begaven, teneinde een concert van Springsteen te beleven in de Ernst Happel Arena.

Na een zalig tussen-logement in het pittoreske Velburg, aanrader, belandden we in Wien. Prachtig centrum, heerlijke stad, lekkere pint in een oud bierhuis waar de barkeepster plots de saccoche pakte en in een furie spoorslags vertrok. Twee gratis pinten dus, en dit aan Wien-centrum prijs… De voortekenen waren alvast uitstekend!

Op De Dag Zelf konden we het uiteraard niet nalaten het somptueuze Schönbrunn te bezoeken, home of the legendary Sisi, bekend geworden door Romy Schneider. Dank zij de vooruitziende blik van ondergetekende, we bestelden tickets online, konden we ongehinderd de “fast-lane” benutten en grijnzend eindeloze rijen Chinezen, Japanners en Spanjaarden voorbij wandelen. Onvergetelijk mooi en authentiek, dat stulpje waar de Habsburgers hoogtij vierden.

Maar toen werd het tijd voor rust, concentratie, Zen. Bruce was op komst. Ruim op tijd bereikten we het legendarische Prater, waar Orson Welles nabij het reuzenrad overtuigend De Derde Man was. Wat een organisatie! Er is een metrostation, super. Zonder aan te schuiven gingen we via de juiste gate naar onze genummerde zitplaatsen. En zie, naast ons twee Amerikanen uit… New Jersey, Asbury Park! Ge ziet van hier dat het een boeiend gesprek werd, wegens het feit dat ik ooit een pelgrimstocht deed naar de thuisbasis van Onze Held.

Terwijl het volk zich stond op te peppen voelde ik toch wel wat ergernis. Ons Meneerke permitteerde zich om 40 minuten te laat zijn concert te beginnen. Beetje arrogant vond ik, miljonairke kan zich alles permitteren. Na drie uur en veertig minuten was dit al lang vergeten en bleef ik totaal overweldigd en beduusd achter.

Zoals Springsteen bestaan er geen twee. Dat komt daar toe met een geleasde 737 uit Praag, eist bepaalde meubelkes in zijn kleedkamer (witte sofa, speciaal overgevlogen) en wil alleen bier, Jack Daniels en een … Wiener Schnitzel. Maar dan komt hij op, “We take care of our own” waar hij zich reeds volkomen smijt.

Het derde nummer is “Badlands”, normalerwijze een “bonebreaker”. Het volledig bezette middenplein, de die-hards, gaan uiteraard uit de bol. Maar die Wiener in de tribunes, een bende lijken. Ze zitten daar stokstijf, zijn ze afstammelingen van de Zwan-wiener, zijn ze dode Hamburgers en geen Habsburgers? Achteraf zal blijken dat ze in feite maar weinig van Bruce’s werk kennen.

Bruce brengt meesterwerken, recent en oud, al dan niet geïnspireerd door het publiek dat met pancartes nummers suggereert. De groep is fenomenaal. Nooit zag ik Bruce met zo’n grote bezetting. Maar zoals steeds vindt iedere muzikant zijn gaatje, is de harmonie perfect. Zelf ben ik fan van de vrij nieuwe accenten: gospel vooral, soms ook de Seeger-sessions, en de blazers.

En na dik twee uur en oneffen komen de Wieners plots tot leven, ze veren recht want (zucht) “Born in the USA”. Het is natuurlijk een genadeloze stadion-riff, zit in het collectief geheugen, maar het is niet mijn ding. Dit nummer wordt steeds weer verkeerd begrepen en zelfs misbruikt. Maar kom, wat hij daarna met het publiek uitsteekt, dat kan niemand. Bruce kan 51500 mensen stil krijgen met een piano versie van “Tougher than the rest”, durft dat ook te doen na ze eerst geheel zot te maken. En dat laatste uur was echt sing-along, die hele Arena tot de laatste man of vrouw op de banken en meebrullen. Alleen Springsteen straalt zo'n ongebreideld plezier en enthousiasme uit waarmee hij 51500 mensen, na hard zwoegen, uiteindelijk in de palm van zijn hand krijgt en ermee doet wat hij wil. Onvergetelijk!

Voor de liefhebbers: hieronder een filmpje uit Wien met twee van mijn talloze favoriete songs, Empty Sky (Tour première) en Trapped (mijn favoriete cover)