woensdag 1 september 2010

Of horses and man

Daarstraks hoorde ik dat helaas een paard van de Koerse moest worden afgemaakt. Bij de jockeys doen ze dat voorlopig niet, alle kompassie met die mens die nog in coma ligt.
Toen ik echter deze ochtend, 6 50 u, het bed uit moest zou ik een verlossend spuitje niet afgeslagen hebben. Picanol is een bedrijf, maar het zou ook een kwaal kunnen zijn als de wekker te vroeg afgaat. (trouwens lang gedacht dat Andantol een moyen tegen diarree was)
Maar toch! Wallen onder de rooddoorlopen ogen konden het humeur niet slechter maken. ’t Was namelijk al heel slecht.
Maar toch! Wasje, plasje, muilke scheren, buik intrekken en met een mega-smile schoolwaarts voor De Eerste Dag.
Maar toch! Geloof het of niet, na al die jaren vind ik die eerste dag nog steeds de mooiste. Telkens weer kijk ik er naar uit. Welk vlees is er in de kuip van mijn klas beland.
In mijn Vijfde Beroeps krijg ik steeds weer uitzonderlijke kinderen. Op mijn leeftijd mag ik ze kinderen noemen, hoewel sommigen reeds meerderjarig zijn.
Ze zijn uitzonderlijk omdat ze elk een apart verhaal hebben. Veelal zijn ze al lang afgeschreven door traditionele leraars. “Lui”, “Agressief”, “Dom”, “Moest hij/zij willen het zou…” “Als je niet méér je best doet moet je afzakken!” Vervolgens hebben ze zichzelf afgeschreven. Zelf-waardering: nul. Schrijnende verhalen ook over hun privé.
Wel, bij die gastjes vind ik mijn beroep het mooiste en tweede oudste ter wereld (nr 1 is prostitutie, zegt men). “Leraar”. Reeds bij de Ouden was het een voorrecht om bij een leraar te worden aanvaard. Je leerde er kennis, je mocht delen in wijsheid, je kreeg levenservaring, je werd er beter van.
Wat de Ouden nooit schreven is dat de Leraar zelf er beter van wordt: je krijgt steeds meer kennis, je mag delen in wijsheid, je wordt er ieder schooljaar een ander mens van.
Verdomd blij dat ik nooit jockey geworden ben.